Depersonalisatiestoornis: wat het is, symptomen en hoe te behandelen

Depersonalisatiestoornis, of depersonificatiesyndroom, is een ziekte waarbij de persoon zich losgekoppeld voelt van zijn eigen lichaam, alsof hij een externe waarnemer van zichzelf is. Het is gebruikelijk dat er ook symptomen zijn van een gebrek aan realisatie, wat een verandering betekent in de perceptie van de omgeving die ermee gepaard gaat, alsof alles eromheen onwerkelijk of kunstmatig is. 

Dit syndroom kan plotseling of geleidelijk optreden, en hoewel het bij gezonde mensen kan optreden, wordt het in situaties van stress, intense vermoeidheid of drugsgebruik sterk geassocieerd met psychiatrische aandoeningen, zoals depressie, angst- of schizofrenie, of neurologische aandoeningen. zoals epilepsie, migraine of hersenschade.

Om een ​​depersonificatiestoornis te behandelen, is het noodzakelijk om een ​​psychiater te raadplegen, die het gebruik van medicijnen zoals antidepressiva en anxiolytica, evenals psychotherapie, zal begeleiden.

Depersonalisatiestoornis: wat het is, symptomen en hoe te behandelen

Belangrijkste symptomen

Bij depersonalisatie- en derealisatiestoornissen verwerkt de persoon zijn emoties op een veranderde manier, waarbij hij symptomen ontwikkelt zoals:

  1. Gevoel dat u een externe waarnemer van uw lichaam bent of dat het lichaam niet van u is;
  2. Het besef dat je gescheiden bent van jezelf en de omgeving;
  3. Gevoel van vreemdheid;
  4. Als je in de spiegel kijkt en jezelf niet herkent;
  5. Twijfelen of sommige dingen echt met hen zijn gebeurd of dat ze deze dingen gewoon hebben gedroomd of zich hebben voorgesteld. 
  6. Ergens zijn en niet weten hoe je daar bent gekomen of iets gedaan hebben en niet meer weten hoe;
  7. Sommige familieleden niet herkennen of belangrijke levensgebeurtenissen onthouden;
  8. Op bepaalde momenten geen emoties hebben of pijn kunnen voelen;
  9. Zich als twee verschillende mensen voelen, omdat ze hun gedrag van de ene situatie naar de andere veranderen;
  10. Gevoel alsof alles wazig is, zodanig dat mensen en dingen ver of onduidelijk lijken, alsof je aan het dagdromen bent.

Bij dit syndroom kan de persoon dus het gevoel hebben dat hij aan het dagdromen is of dat wat hij ervaart niet echt is, dus het is normaal dat dit syndroom wordt verward met bovennatuurlijke gebeurtenissen.

Het begin van de stoornis kan plotseling of geleidelijk zijn, en andere psychiatrische symptomen zoals stemmingswisselingen, angststoornissen en andere psychiatrische stoornissen komen vaak voor. In bepaalde gevallen kan depersonalisatie enkele afleveringen opleveren, gedurende maanden of jaren, en vervolgens wordt het continu.

Hoe te bevestigen

In het geval van symptomen die duiden op een depersonalisatiestoornis, is het noodzakelijk om de psychiater te raadplegen, die de diagnose kan bevestigen door de intensiteit en frequentie van deze symptomen te beoordelen.

Het is belangrijk om te onthouden dat het niet ongebruikelijk is dat sommige van de symptomen die erop wijzen dat dit syndroom op een of ander moment geïsoleerd optreedt, maar als ze aanhoudend zijn of altijd voorkomen, is het noodzakelijk om bezorgd te zijn.

Depersonalisatiestoornis: wat het is, symptomen en hoe te behandelen

Wie loopt het meeste risico

Depersonalisatiesyndroom komt vaker voor bij mensen met de volgende risicofactoren:

  • Depressie;
  • Panieksyndroom;
  • Schizofrenie;
  • Neurologische aandoeningen, zoals epilepsie, hersentumor of migraine;
  • Intense stress;
  • Emotionele mishandeling;
  • Lange periodes van slaapgebrek;
  • Trauma bij kinderen, vooral fysiek of psychisch misbruik of misbruik.

Daarnaast kan deze aandoening ook worden veroorzaakt door het gebruik van medicijnen, zoals cannabis of andere hallucinogene middelen. Het is belangrijk om te onthouden dat medicijnen over het algemeen sterk worden geassocieerd met de ontwikkeling van psychiatrische aandoeningen. Begrijp wat de soorten medicijnen zijn en wat hun gevolgen voor de gezondheid zijn.

Hoe de behandeling is uitgevoerd

Depersonalisatiestoornis is te genezen en de behandeling wordt begeleid door een psychiater en psycholoog. Psychotherapie is de belangrijkste behandelingsvorm en omvat bijvoorbeeld psychoanalyse-technieken en cognitieve gedragstherapieën, die erg belangrijk zijn voor het beheersen van emoties en het verminderen van symptomen. 

De psychiater kan mogelijk ook medicijnen voorschrijven die angst en stemmingswisselingen onder controle houden, met anxiolytische of antidepressiva, zoals clonazepam, fluoxetine of clomipramine.