Splenectomie: herstel, complicaties en zorg

Splenectomie is een operatie waarbij de milt geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd, een orgaan dat zich in de buikholte bevindt en verantwoordelijk is voor het produceren, opslaan en verwijderen van bepaalde stoffen uit het bloed, naast het produceren van antilichamen en het handhaven van het evenwicht van het lichaam. het vermijden van infecties.

De belangrijkste indicatie voor splenectomie is wanneer er enige beschadiging of scheuring van de arm is, maar deze operatie kan ook worden aanbevolen in geval van bloedaandoeningen, sommige soorten kanker of vanwege de aanwezigheid van niet-kwaadaardige cysten of tumoren. De operatie wordt meestal gedaan door middel van laparoscopie, waarbij kleine gaatjes in de buik worden gemaakt om het orgel te verwijderen, waardoor het litteken erg klein wordt en het herstel sneller gaat.

Hoe is herstel en zorg nodig na verwijdering van de milt

Voorbereiding op een operatie

Vóór splenectomie raadt de arts aan bloedonderzoek en echografie of tomografie uit te voeren om de algemene toestand van de persoon en de aanwezigheid van andere veranderingen, zoals galstenen, te beoordelen. Bovendien kan toediening van vaccins en antibiotica weken voor de procedure worden aanbevolen om het risico op infecties te verkleinen.

Wanneer een operatie is geïndiceerd

De belangrijkste indicatie voor het verwijderen van de milt is wanneer een breuk in dit orgaan wordt geverifieerd als gevolg van een buiktrauma. Andere indicaties voor splenectomie zijn echter:

  • Kanker in de milt;
  • Spontane miltruptuur, voornamelijk in geval van leukemie; 
  • Sferocytose;
  • Sikkelcelanemie;
  • Idiopathische trombocytopenische purpura;
  • Milt abces;
  • Congenitale hemolytische anemie;
  • Stadiëring van Hodgkin-lymfoom.

Afhankelijk van de mate van verandering van de milt en het risico dat deze verandering voor de persoon kan betekenen, kan de arts een gedeeltelijke of volledige verwijdering van het orgaan aangeven.

Hoe de milt wordt verwijderd

In de meeste gevallen is videolaparoscopie geïndiceerd, met 3 kleine gaatjes in de buik, waardoor buisjes en instrumenten die nodig zijn om de milt te verwijderen, passeren, zonder een grote snee te hoeven maken. De patiënt heeft algehele anesthesie nodig en de operatie duurt gemiddeld 3 uur, met een ziekenhuisopname van ongeveer 2 tot 5 dagen.

Deze chirurgische techniek is minder ingrijpend en veroorzaakt daarom minder pijn en het litteken is kleiner, waardoor het herstel en de terugkeer naar de dagelijkse activiteiten sneller verloopt. In sommige gevallen kan het echter nodig zijn om een ​​open operatie te ondergaan, met een grotere snee.

Risico's en mogelijke complicaties van een operatie

Na een operatie om de milt te verwijderen, is het normaal dat de patiënt pijn ervaart en enige beperking om de dagelijkse bezigheden alleen uit te voeren, waarbij hij bijvoorbeeld hulp nodig heeft van een familielid om hygiënische zorg te verlenen. Laparoscopiechirurgie kan, ondanks dat ze als veilig wordt beschouwd, complicaties veroorzaken zoals hematoom, bloeding of pleurale effusie. Open chirurgie kan echter meer risico's met zich meebrengen.

Zorg voor degenen die de milt hebben verwijderd

Na verwijdering van de milt neemt het vermogen van het lichaam om infecties te bestrijden af ​​en verhogen andere organen, vooral de lever, het vermogen om antilichamen aan te maken om infecties te bestrijden en het lichaam te beschermen. De huid is dus vatbaarder voor het ontwikkelen van infecties door  Pneumococcus, meningococcus en Haemophilus influenzae,  en daarom moet ze:

  • Neem de multifunctionele vaccins tegen Pneumococcus en het geconjugeerde vaccin voor Haemophilus influenzae  type B en meningococcus type C tussen 2 weken voor en 2 weken na de operatie;
  • Krijg het pneumokokkenvaccin om de 5 jaar (of met kortere tussenpozen in het geval van sikkelcelanemie of lymfoproliferatieve ziekten);
  • Neem levenslang lage doses antibiotica of neem elke 3 weken benzathinepenicilline in.

Daarnaast is het ook belangrijk om gezond te eten, voedsel met veel suiker en vet te vermijden, regelmatig te sporten, plotselinge temperatuurveranderingen te vermijden om verkoudheid en griep te voorkomen, en geen medicijnen te nemen zonder medisch advies.