Oogonderzoek: wanneer en waar het voor dient

Het oogonderzoek is een test die dient om de ogen, oogleden en traankanalen te evalueren om oogaandoeningen zoals glaucoom of cataract te onderzoeken.

Over het algemeen wordt bij het oogheelkundig onderzoek de gezichtsscherptetest gedaan, maar er kunnen ook andere, meer specifieke onderzoeken worden gedaan, zoals de evaluatie van oogbewegingen of oogdruk, en omvat meestal het gebruik van specifieke machines of instrumenten, die geen pijn veroorzaken en die geen eventuele voorbereiding voordat het examen wordt uitgevoerd.

AngiografieAngiografie TonometrieTonometrie

Waar is het examen voor

Een volledig oogonderzoek omvat verschillende tests en de oogarts gebruikt verschillende instrumenten en lichten om de gezondheid van de ogen van het individu te beoordelen.

Over het algemeen is het onderzoek van de gezichtsscherpte een van de meest bekende onderdelen van het oogonderzoek, aangezien het in verschillende gevallen wordt gedaan, zelfs bij wedstrijden, om bijvoorbeeld te werken of autorijden, en om het zichtpotentieel van de persoon te beoordelen. wordt gedaan door een bord met letters van verschillende grootte of symbolen voor het individu te plaatsen en de patiënt probeert ze te lezen.

Het volledige oogonderzoek moet echter ook andere tests omvatten, zoals:

  • Onderzoek van oogbewegingen: het dient om te beoordelen of de ogen zijn uitgelijnd, en de arts kan de patiënt vragen om in verschillende richtingen te kijken, of een object, zoals een pen, richten en de oogbewegingen observeren;
  • Fundoscopie: gebruikt om veranderingen in het netvlies of de oogzenuw te diagnosticeren. De arts gebruikt een bijgeleverde lens om de patiënt te onderzoeken;
  • Tonometrie: het dient om de druk in het oog te meten door middel van een blauw licht dat op het oog van het individu wordt geprojecteerd en door contact met een meetinstrument of via een blaasinstrument;
  • Beoordeling van traanbanen: De arts analyseert de hoeveelheid traan, de duurzaamheid in het oog, de productie en de verwijdering ervan door middel van oogdruppels en materialen.

Naast deze tests kan de oogarts de persoon adviseren om andere, meer specifieke tests uit te voeren, zoals Computerized Keratoscopy, Daily Tension Curve, Retinal Mapping, Pachymetry en Visual Campimetry, afhankelijk van de vermoedens die tijdens het oogonderzoek ontstaan.

Wanneer moet u het examen afleggen?

Het oogonderzoek varieert afhankelijk van de leeftijd van de persoon en de aan- of afwezigheid van zichtproblemen, en mensen met zichtproblemen moeten de oogarts minstens één keer per jaar raadplegen en, in geval van verandering van het gezichtsvermogen, zoals oogpijn of wazig zien, bijvoorbeeld, dient zo snel mogelijk medisch advies in te winnen.

Iedereen zou echter routinematige oogonderzoeken en een arts moeten hebben:

  • Bij de geboorte: u moet de oogtest doen op de kraamafdeling of in een oogheelkundig kantoor
  • Op 5-jarige leeftijd: voordat u naar school gaat, is het essentieel om het examen af ​​te leggen om zichtproblemen te diagnosticeren, zoals bijziendheid, die het leerproces kunnen belemmeren, en u moet het examen tijdens deze periode jaarlijks herhalen;
  • Tussen 20 en 40 jaar oud: men moet in deze tijd minstens twee keer proberen naar de oogarts te gaan;
  • Tussen de 40 en 65 jaar: het gezichtsvermogen moet om de 1-2 jaar worden beoordeeld, aangezien het gezichtsvermogen eerder vermoeid raakt;
  • Na 65 jaar: het is belangrijk om de ogen elk jaar te evalueren.

Bovendien kan de arts frequentere en meer specifieke tests aanbevelen als de persoon diabetes, hoge bloeddruk, glaucoom heeft of een visueel veeleisende baan heeft, zoals het werken met kleine onderdelen of op de computer.